Windturbines algemeen

Een windmolen (ook wel windturbine genoemd) bestaat uit de volgende onderdelen: de mast, de rotor, de gondel met de hoofdas, de tandwielkast, de generator en de transformator. Deze onderdelen zullen we nu nader toelichten.

Het principe van een windmolen is simpel: de wind laat de bladen draaien, en deze beweging wordt omgezet in elektriciteit. Maar achter dat simpele principe schuilt een complexe machine.

De meeste moderne windmolens hebben drie rotorbladen (de wieken). Het punt waar de bladen bij elkaar komen wordt de rotor genoemd. De wind zorgt ervoor dat het geheel gaat draaien.

Alt Text

Figuur 1 – gebruikte termen

De rotor is gekoppeld aan een gondel (ook wel nacelle genoemd). Dit is de behuizing boven aan de mast. Een speciale motor (‘kruimotor’) zorgt ervoor dat de gondel steeds zo gepositioneerd wordt, dat de bladen op de wind gericht zijn. Om de juiste richting van de gondel te bepalen, meet een windvaan boven op de molen voortdurend de windrichting.

In de gondel bevindt zich een generator: een grote dynamo die de draaiende beweging van de rotor omzet in elektriciteit. Daarbij wordt de generator aangedreven via een verticale as en een tandwielkast. De tandwielkast zorgt ervoor dat het relatief lage rotatiesnelheid van de rotor wordt omgezet naar een hoge snelheid: die heeft de generator in deze molens nodig om elektriciteit op te wekken. Er zijn ook molens met het ‘direct drive’-principe, waarbij gebruik wordt gemaakt van magneten. In dit geval wordt de generator direct aangedreven door de rotor. De rotatiesnelheid van de generatoras en de rotoras is gelijk. De generator is vervolgens weer aangesloten op een transformator: die zet de door de generator verkregen laagspanning om in hoogspanning.

In de windmolen bevindt zich ook een computer die door middel van GSM, kabels of satellietschotel verbonden is met externe computers. Zo kan de molen op afstand worden bediend en gemonitord.

In 1999 werd het windturbinepark gerealiseerd, bestaande uit 19 NEG-Micon windturbines met elk een vermogen van 600kW (kilowatt). Het totale vermogen van het windturbinepark is daarmee 11,4 MW (megawatt), goed voor een energieopbrengst van circa 22 miljoen kWh (kilowattuur) per jaar. Deze opbrengst komt overeenkomt met het elektriciteitsverbruik van 6.000 tot 7.000 huishoudens.

De NEG-Micon windturbines hebben een ashoogte van 46 meter, drie wieken en een rotordiameter van 43 meter. De turbines staan in een lijnopstelling, evenwijdig aan de Groetpolderweg. De lijnopstelling heeft een lengte van circa 3.750 meter. De onderlinge afstand tussen de turbines bedraagt circa 185 meter, waarbij de lijn op één punt onderbroken wordt. In figuur 1 worden de genoemde termen verduidelijkt.